Gebruik van kunstmelk op basis van partiële eiwithydrolysaten
Wanneer ouders beslissen om kunstmelk te geven, krijgen ze nog vaak de vraag “heeft iemand in het gezin last van allergie?”. En dan hebben we het over allergie in de brede zin van het woord: huisstofmijtallergie, allergie voor pinda’s, berkenpollen en nog vele andere. Vanaf één eerstegraadsverwant een allergie heeft, wordt vervolgens vaak geadviseerd om voor een kunstmelk op basis van een partieel eiwithydolysaat te kiezen. Maar is dat advies eigenlijk wel onderbouwd?
Wat is een kunstmelk op basis van een partieel eiwithydrolysaat?
Het hydrolyseren van een eiwit betekent dat de primaire structuur van het eiwit (= de volgorde van de aminozuren) op bepaalde plekken gesplitst wordt. Het eiwit wordt als het ware ‘verknipt’ in kleine stukjes. Er worden vier verschillende gradaties van verknipping gecommercialiseerd (zie tabel 1).
Verwerking |
Eiwitfractie |
Voorbeelden (niet limitatief) |
Geen verknipping |
Intacte eiwitten |
Nutrilon standaard®, Nutrilon verzadiging®, Nan Evolia®, Nan verzadiging® |
Lichte verknipping |
Partiële hydrolysaten |
Nutrilon prosyneo®, Nutrilon Omneo®, Nan Evolia HA®, Nan Complete Comfort® |
Zware verknipping |
Extensieve hydrolysaten |
Nutrilon Pepti Syneo®, Nan Althera®, Nutramigen LGG® |
Volledige verknipping |
Aminozuren |
Neocate®, Alfamino®, Nutramigen Puramino® |
Waarom worden eiwitten gehydrolyseerd?
Het hydrolyseren van een eiwit heeft meerdere doelen: (1) het versnellen van de maaglediging, (2) het verbeteren van de vertering van de eiwitten, (3) het voorkómen van allergieën en (4) het behandelen van allergieën. We gaan in dit artikel verder in op deze laatste twee: de plek van partiële hydrolysaten bij het voorkómen of het behandelen van een allergie.
De achterliggende idee om het eiwit te hydrolyseren in het kader van allergie, is dat je bij een allergie onterecht reageert op een eiwit. Als de eiwitten gehydrolyseerd zijn, zou je lichaam het niet of minder goed herkennen en is de kans op het ontwikkelen van een allergie bijgevolg lager.
De plek van kunstmelk op basis van een partieel eiwithydolysaat bij de preventie van allergie
Kunstmelk op basis van een partieel eiwithydolysaat wordt gecommercialiseerd en aanbevolen door de producenten om te verhinderen dat een pasgeborene met een hoog risico in de toekomst een allergie zou ontwikkelen. Onder “hoog risico” verstaan we dat een eerstegraadsverwant een allergie, astma of eczeem heeft. Zoals eerder aangegeven komen alle vormen van allergieën in aanmerking.
In 2016 gebeurde een groot, onafhankelijk onderzoek, gepubliceerd door Robert Boyle. Dit onderzoek vatte alle studies samen die tot dan toe omtrent dit thema gepubliceerd waren. Dergelijk onderzoek heet een ‘systematische review’ en de analyse die gebeurt een ‘meta-analyse’. Dit type van onderzoek bezit de hoogste graad van evidentie. Uit dit onderzoek bleek dat er geen verschil in uitkomsten bestond tussen zuigelingen die kunstmelk kregen op basis van intacte eiwitten en zuigelingen die kunstmelk kregen op basis van partiële eiwithydrolysaten. De verschillende aanbieders werden in dit onderzoek apart geëvalueerd. Specifiek is gekeken naar allergieën, voedingsallergieën, astma of atopische dermatitis (eczeem), tot de leeftijd van 14 jaar. Eind 2018 verscheen een Cochrane Review met hetzelfde besluit.
In 2017 echter, verscheen een systematisch onderzoek, gepubliceerd door Sjazewka et al, wat tot een ander besluit kwam. Deze studie besloot dat er een licht voordeel bestaat wat betreft atopie. Wanneer we nu de resultaten in detail bekijken, blijkt dat de resultaten van slechts één onderzoek zijn meegenomen om tot dit besluit te komen. De graad van evidentie van deze publicatie is vervolgens veel lager dan dat van de Boyle et al en de Cochrane Review.
De plek van kunstmelk op basis van een partieel eiwithydolysaat bij de behandeling van allergie
Voor een baby met koemelkallergie is kunstmelk op basis van partiële eiwithydrolysaten niet geschikt. Tot vijftig procent van de zuigelingen met koemelkallergie reageert nog steeds allergisch op deze vorm.
De plek van kunstmelk op basis van een extensief eiwithydolysaat bij de behandeling van allergie
Voor het behandelen van koemelkallergie is een kunstmelk op basis van een extensief hydrolysaat vereist. Elke voeding voor medisch gebruik die kan gebruikt worden bij KME draagt het label “Kan gebruikt worden bij de behandeling van koemelkeiwitallergie”. Deze claim betekent dat uit gerandomiseerd, placebo gecontroleerd onderzoek bleek dat meer dan 90% van de kinderen met koemelkallergie niet reageren op deze kunstmelk. Voor de overige 10% is een kunstmelk op basis van aminozuren noodzakelijk. Beide kunstmelken zijn voedingen voor medisch gebruik en bijgevolg enkel verkrijgbaar via de apotheek.
Besluit
Er bestaat tot nu toe geen wetenschappelijk bewijs dat het geven van kunstmelk op basis van partiële hydrolysaten aan zuigelingen allergieën kan voorkomen. Deze kunstmelk is ook niet geschikt voor zuigelingen die een bevestigde allergie aan koemelkeiwitten hebben omdat de verknipping onvoldoende is. Bovendien ligt de kostprijs van deze kunstmelk ongeveer 25% hoger dan een kunstmelk op basis van een intact eiwit.
Referenties
1/ Compendium Nutricia
2/ Compendium Nestlé
3/ Osborn et al (2018) Formulas containing hydrolysed protein for prevention of allergy and food intolerance in infants. Cochrane Database Syst Rev.
4/ Boyle et al (2016) Hydrolysed formula and risk of allergic or autoimmune disease: systematic review and meta-analysis. BMJ. 2016 Mar 8;352:i974.
6/ Szajewska et al. (2017) A partially hydrolyzed 100% whey formula and the risk of eczema and any allergy: an updated meta-analysis. World Allergy Organ J. 2017
Dit artikel verscheen in het Tijdschrift voor Vroedvrouwen in Februari 2020
Gerelateerde artikels
Eline Tommelein
Met Eline als lesgever heb je een echte multidomein docent te pakken. Ze legt zeer goed verbanden en is een kei in multidisciplinaire samenwerkingen. Ze brengt structuur aan in de veelheid van informatie die zorgverleners soms overspoelt en dringt snel door tot de essentie. Ze inspireert, zet aan tot actie en dit alles binnen een ontspannen, respectvolle en open sfeer.
Elke deelnemer naar huis laten gaan met praktische informatie waarmee ze onmiddellijk aan de slag kunnen, daar ga ik voor.
- 2011 – MSc Geneesmiddelontwikkeling (UGent, BE)
- 2012 – Klinische Chemie Cyclus (PAO-farmacie, NL)
- 2015 – PIAF cyclus Medicatiebeoordeling (PAO-farmacie, NL)
- 2016 – Doctor in Farmaceutische Wetenschappen (UGent, BE)
- 2018 – Erkend tabakoloog (VRGT, BE)
- 2018 – Farmacogenetica cyclus (PAO-farmacie, NL)
- 2020 – Postgraduaat Lactatiekunde (BE)